-
1 bis
bis1〈voorzetsel + 4〉♦voorbeelden:bis einschließlich • tot en metbis heute • tot op hedenbis jetzt • tot nu toe, tot nog toebis in 8 Tagen! • tot over 8 dagen!bis nach Berlin fahren • tot Berlijn rijdenbis um 2 Uhr • tot 2 uurjemanden bis vor das Tor begleiten • iemand tot aan de poort begeleidenKinder bis zu 12 Jahren • kinderen tot (en met) 12 jaardas kann bis zu einem Jahr dauern • dat kan wel, hoogstens een jaar durenbis zum nächsten Jahr! • tot volgend jaar!————————bis2〈 voegwoord〉♦voorbeelden:1 warte, bis er kommt! • wacht tot hij komt! -
2 jemanden bis vor das Tor begleiten
jemanden bis vor das Tor begleitenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemanden bis vor das Tor begleiten
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Нидерландский